Spelmagazijn > Nederlands > Menu > Spelbeschrijvingen > De Kolonisten van Catan - Het Kaartspel

   Spelbeschrijving

Titel: De Kolonisten van Catan - Het Kaartspel
Ontwerp: Klaus Teuber
Tekeningen: Franz Vohwinkel
Producent: 999 Games
Aantal spelers: 2 spelers
Leeftijd: vanaf 10 jaar
Speelduur: 75 minuten
Taal: Nederlands

De Kolonisten van Catan - Het Kaartspel

Spelmateriaal:
Basisset: 120 mooi uitgevoerde vierkante speelkaartjes, 2 dobbelstenen en 2 speelstenen.

 

Geschreven door: Enrico van Kessel

 

Introductie: Net als in het bordspel moeten de spelers hun koninkrijk uitbreiden met wegen, dorpen en steden, maar nu ook met diverse gebouwen, verschillende ridders, handelsvloten enz. In tegenstelling tot het bordspel is elke speler in zijn eigen koninkrijk bezig, zonder dat de ander hem daarbij in de weg zit. De landschapskaartjes hebben aan elke zijkant een hoeveelheid grondstoffen staan. Door middel van het draaien van het kaartje kan worden aangegeven hoeveel grondstoffen je bezit. Het maximum per landschap is 3. Elk dorpje mag worden uitgebreid met ten hoogste 2 dorpsuitbreidingen, zoals gebouwen, ridders, vloten. Een stad mag worden uitgebreid met 4 uitbreidingen, hetzij dorpsuitbreidingen of stadsuitbreidingen. De stadsuitbreidingen zijn meestal gebouwen die vele grondstoffen kosten, maar daarvoor overwinningspunten of andere voordelen geven. Door middel van wegen kun je je koninkrijk zijwaarts uitbreiden, waarna weer een dorpje volgt. Aangrenzend aan dit dorpje komen 2 nieuwe grondgebieden.

 

 

de startopstelling van één speler 


Voorbereiding: De startkaarten worden door elke speler neergelegd zoals in de afbeelding hierboven aangegeven. De plaats van de grondstofkaarten mag je daarbij zelf bepalen. Je begint het spel met één grondstof van iedere soort. Om dit aan te geven draai je de grondstoffenkaarten zodanig dat er één symbool van de betreffende grondstof aan de onderkant van het kaartje staat. Tussen de spelers worden 10 stapeltjes kaarten neergelegd: gebeurtenissen, straten, dorpen, steden, landen en 5 stapeltjes ontwikkelingskaarten. Een dobbelsteenworp bepaalt welke speler mag beginnen. Deze speler kiest uit een stapel ontwikkelingskaarten 3 kaarten naar keuze en neemt deze op handen. De andere speler doet hetzelfde bij een andere stapel. De volgorde van de kaarten in de stapel mag hierbij niet veranderd worden. De dobbelstenen en de stenen met de molen en ridder worden binnen handbereik gelegd.

 


Een spelbeurt: Een spelbeurt bestaat uit de volgende fasen:

 

1. De gedobbelde gebeurtenis

Aan het begin van de spelbeurt worden 2 dobbelstenen gegooid. De dobbelsteen met de symbolen geeft aan welke gebeurtenis er in Catan plaatsvindt. Op het centrale kaartje van je koninkrijk staat dat nog eens uitgelegd. Deze gebeurtenis geldt voor beide spelers en wordt direct uitgevoerd.

 

2. Grondstoffenopbrengsten

De getallen dobbelsteen geeft aan welke gebieden een grondstof opleveren. In tegenstelling tot het bordspel, levert een stad geen dubbele grondstoffen op. Wel is het mogelijk met een dorpsuitbreiding voor dubbele opbrengsten te zorgen. De grondstoffenopbrengsten verwerk je door de betreffende grondstoffenkaart(en) te draaien naar de hogere waarde. Je kunt per grondgebied maximaal 3 grondstoffen hebben. Het meerdere gaat verloren. De grondstoffenopbrengsten hebben betrekking op beide spelers.

 

 

een stadsuitbreiding, straat, stad en gebeurtenis

 

3. De hoofdfase

De hoofdfase wordt eerst door de ene en pas daarna door de andere speler uitgevoerd.

Je mag tijdens je beurt in willekeurige volgorde acties uitvoeren: actiekaarten uitspelen, grondstoffen ruilen, je vorstendom uitbreiden met straten, dorpen en steden en het uitbreiden van je dorpen en steden.

 

Het uitbreiden van de vorstendom doe je door de benodigde grondstoffen voor een straat, dorp of stad te betalen. Tussen dorpen en/of steden moet altijd een weg geplaatst zijn. Een stad krijg je door een dorp op te waarderen. Je dorpen, straten en steden vormen één lange rij voor je. Er komen dus geen aftakkingen.

 

De ontwikkelingskaarten zijn verdeeld in 3 kleuren:

- geel: dit zijn de actiekaarten. Hiermee kun je iets voor jezelf of tegen je tegenstander doen. Je mag pas actiekaarten spelen als beide spelers minimaal 3 overwinningspunten hebben.

- groen: dit zijn de uitbreidingen die zowel in dorpen als steden geplaatst kunnen worden. Een dorp kan maximaal 2 uitbreidingen hebben.

- rood: dit zijn uitbreidingen die uitsluitend in steden geplaatst mogen worden. Een stad kan maximaal 4 uitbreidingen hebben.

 

Aan het eind van je beurt vul je je kaarten aan door van de 5 stapeltjes ontwikkelingskaarten de benodigde kaarten te trekken. Tegen inleveren van 2 grondstoffen mag daarbij een stapeltje worden doorzocht. Sommige uitbreidingen van dorpen en steden geven de mogelijkheid extra kaarten in de hand te houden.

 

              

 

de grootste handelsmacht en grootste riddermacht

 

Gedurende het spel kunnen de grootste handelsmacht en de grootste riddermacht regelmatig van speler wisselen. Je moet tenminste 1 stad bezitten en daarnaast de meeste molentjes om de grootste handelsmacht te krijgen. Sommige gebouwen en de vloten leveren molentjes op, die hiervoor meetellen. Deze speelsteen levert 1 overwinningspunt op. De grootste riddermacht wordt weergegeven door de riddersteen. Ook deze is 1 overwinningspunt waard en wordt gegeven aan degene wiens ridders totaal de grootste kracht hebben. Als beide spelers een even sterke macht hebben, wordt de steen terzijde gezet (in tegenstelling tot het bordspel waarbij de grootste riddermacht dan bij de laatste speler blijft, die hem in bezit had). Elke ridder kent 2 sterktes: een gevechtssterkte en een toernooisterkte. Deze kunnen flink verschillen. Als op de dobbelsteen een toernooi wordt gegooid, dan wint degene met de meeste toernooipunten een extra grondstof.

 


Het einde: Zodra een van de spelers 12 overwinningspunten heeft, is het spel ten einde. Ieder dorp is één overwinningspunt, iedere stad twee. Daarnaast kun je overwinningspunten krijgen voor de grootste handelsmacht, grootste riddermacht en zijn er stadsuitbreidingen waarbij je tot 2 overwinningspunten kunt krijgen.

 



Waardering: Een zeer geslaagde poging om het bordspel voor 2 spelers geschikt te maken. Als je eenmaal een achterstandje hebt opgelopen is het niet gemakkelijk om dit weer goed te maken. Meestal zal degene die halverwege het spel een voorsprong heeft, deze ook weten te behouden. Dit wordt nog versterkt door het feit dat er een oneven aantal dorpjes is. Degene die als eerste het laatste dorpje bouwt, heeft naast een extra overwinningspunt ook 2 extra grondgebieden en dat is erg belangrijk. Verder komen de grondstoffen maar mondjesmaat in omloop en is het spel vaak al ten einde voor de grote gebouwen in steden worden gebouwd. Deze zijn, net als de meeste ridders, eigenlijk te kostbaar voor het voordeel dat ze bieden. Over het geheel gezien is het een geslaagd spel, al blijft mijn voorkeur uitgaan naar het bordspel. Goed

 

 

Opmerking Spelmagazijn: In navolging van het bordspel De Kolonisten van Catan is dit kaartspel voor 2 personen op de markt gekomen. In het Duits is er daarna ook nog een Toernooi-uitbreiding verschenen. Het is de bedoeling dat elke speler een eigen kaartspel plus de uitbreiding heeft. Er wordt echter tegenwoordig een regelset bijgeleverd waarmee je met 1 kaartspel en 1 toernooiset toch met z'n tweeën kunt spelen. De Toernooi-uitbreiding is later vervangen door 2 losse uitbreidingssets en tevens zijn er extra uitbreidingssets uitgebracht.
Om meer grondstoffen in omloop te brengen is het misschien een goed idee om met 2 grondstoffendobbelstenen te gooien. Zo heeft een ieder meer grondstoffen ter beschikking. Er is ook een variant op internet te vinden om het laatste grondgebied als een soort minidorpje te gebruiken, zodat de balans wat meer in het spel komt. Een van de spelers krijgt namelijk een dorpje meer dan de andere en dat heeft behoorlijk invloed op de hoeveelheid productie. Dat verschil wordt door deze variant een beetje genivelleerd.

 


Strategie: Bij het kiezen van de 3 startkaarten moet je er rekening mee houden dat de actiekaarten pas gebruikt mogen worden als beide spelers minimaal 3 overwinningspunten hebben. Het is waarschijnlijk dus niet zinvol om meerdere actiekaarten op handen te nemen. Ook de rode uitbreidingskaarten voor steden zul je pas later nodig hebben. Aanvankelijk kun je dus het beste kiezen voor de groene uitbreidingskaarten voor dorpen.

Nadat de startkaarten gekozen zijn, worden de stapeltjes ontwikkelingskaarten in dezelfde volgorde teruggelegd. Beide spelers weten dus van één stapeltje welke kaarten er liggen. Als je van het stapeltje waaruit je tegenstander zijn kaarten gekozen heeft kaarten pakt, weet hij dus welke kaart je genomen hebt.

Bij het bepalen van de startopstelling zijn er 2 grondstofkaarten die tussen je dorpen in liggen en hierdoor dubbele opbrengst genereren. Hiermee kun je rekening houden met het bepalen van je strategie.

 

Links:

Naar overzicht van spelbeschrijvingen

 

by Ronald Hoekstra - 2007

Met dank aan Enrico voor de beschrijving en de afbeeldingen