Spelbeschrijving

Elfenland

Introductie: In Elfenland moeten jonge elfen een bijzondere proef afleggen om aan te tonen dat ze volwassen zijn. Ze krijgen een landkaart mee en moeten zoveel mogelijk plaatsen in Elfenland bezoeken. Iedere speler probeert door zo gunstig mogelijk gebruik te maken van de diverse vervoermiddelen om in 4 beurten zoveel mogelijk verschillende dorpjes te bezoeken. In elk dorpje wordt een souvenir opgehaald. Degene die de meeste souvenirs ophaalt, is de winnaar.

het spelbord

Voorbereiding: Iedere speler kiest een speelkleur en zet zijn elfenlaars in Elvenhold. De 20 houten blokjes zet je in elk van de overige plaatsen op het spelbord. Iedere speler krijgt een overzichtskaart en een hindernisfiche. De rondenkaarten worden rechts bovenaan op het spelbord gelegd met de 4 bovenop. De reiskaarten worden geschud en op een gedekte stapel gelegd. De transportfiches worden gedekt neergelegd en goed gemengd. Vervolgens leg je er 5 open. De oudste speler krijgt de startkaart en begint het spel. Vervolgens wordt er met de wijzers van de klok mee gespeeld.

reiskaarten

Een spelbeurt: Elfenland wordt in ronden gespeeld. Iedere ronde bestaat uit 6 fasen:

1. Reiskaarten uitdelen

De startspeler geeft aan iedere speler 8 reiskaarten waar transportmogelijkheden op staan.

2. Een gedekt transportfiche pakken

Iedere speler pakt een gedekt transportfiche uit de voorraad. Deze wordt gedekt voor je neergelegd en geheim gehouden voor de overige spelers totdat het ingezet wordt.

3. Open transportfiches pakken

Om beurten kiezen de spelers een openliggend transportfiche totdat ze er 3 gepakt hebben. Deze fiches leg je open voor je neer. Telkens als er een fiche gepakt is, wordt er een nieuw fiche opengelegd. Er liggen dus steeds 5 fiches open.

transportfiches

4. Reisroute plannen

Om beurten leggen de spelers een transportfiche op een van de wegen op het bord. Niet alle transportmiddelen zijn echter geschikt voor alle soorten wegen. Je mag alleen transportfiches neerleggen op wegen waar het betreffende transportmiddel ook daadwerkelijk mag komen. Een speler mag ook (tijdelijk) zijn beurt voorbij laten gaan. Op elke weg mag slechts 1 transportmiddel geplaatst worden. Eventueel mag bij een bestaand transportmiddel een hindernis gelegd worden (waarvan elke speler er 1 voor het hele spel ter beschikking heeft). Er mogen net zo lang transportfiches neergelegd worden totdat alle spelers passen. Als je nu nog transportfiches over hebt, mag je er één houden. De rest leg je terug in de voorraad.

informatiekaartje

5. Reizen

De reisroute is gepland, nu begint de reis pas echt. Elke speler gebruikt zijn reiskaarten om de aanwezige transportmiddelen te benutten en zo de dorpjes te bezoeken. Als je een route wilt gebruiken waarop een hindernis ligt, dan moet je hiervoor een extra reiskaart met hetzelfde transportmiddel neerleggen. In elk dorpje waar je komt, wordt een souvenir (houten blokje) in jouw kleur verzameld. Deze leg je voor je neer.

De transportmiddelen zijn geschikt voor een aantal terreinsoorten. Een elfenfiets heeft bijvoorbeeld moeite in de bergen, terwijl een toverwolk daar moeiteloos gebruik van maakt. Een draak durft niet goed te vliegen over bossen en een zwijn weigert de woestijn te betreden.

Voor het reizen over water zijn geen transportmiddelen op het bord. Er zijn wel reiskaarten voor. Stroomafwaarts reizen kost 1 vlotkaart, terwijl stroomopwaarts en het gebruik van een veerpont 2 vlotkaarten kost. Een speler kan ook gebruik maken van een karavaan. Deze reizen langs wegen met aanwezige transportmiddelen. Met 3 willekeurige reiskaarten kan een speler met een karavaan mee. Als je na je reis nog meer dan 4 reiskaarten over hebt, moet je het meerdere afleggen.

stadskaarten (voor variant)

6. Einde van een spelronde

Nadat iedere speler een route heeft afgelegd, begint de volgende ronde. De speler links van de huidige startspeler wordt de nieuwe startspeler. Alle transportfiches die op het spelbord liggen, worden gedekt tussen de overige transportfiches gemengd. Gebruikte hindernisfiches worden afgelegd. De gebruikte reiskaarten worden bij de trekstapel gevoegd en geschud.

Het einde: Het spel is na vier speelronden afgelopen. De speler die de meeste blokjes heeft opgehaald is de winnaar. Bij een gelijke stand, wint dan degene die nog de meeste reiskaarten over heeft. Wanneer de gevorderdenversie wordt gespeeld, moet iedereen zo dicht mogelijk bij een dorpje eindigen, waarvan hij in het begin een kaart heeft gekregen. Hoe verder je van het dorpje af bent, hoe meer aftrek je krijgt.

Waardering: Elfenland is geen avondvullend spel, maar een leuk spel voor tussendoor. De regels zijn eenvoudig, maar dat wil niet zeggen dat je niet hoeft na te denken. Tijdens het plaatsen van transportfiches op het bord, veranderen voortdurend je mogelijkheden. Niet alleen worden bepaalde routes erg moeilijk om te volgen (omdat je de juiste kaarten niet hebt), maar tevens worden andere routes ineens wel mogelijk, omdat een tegenstander daar een goed transportmiddel legt. Je zult je route ver van tevoren globaal moeten plannen, omdat je anders in beurt 3 of 4 te ver verwijderd bent van dorpjes waar je nog niet geweest bent. De achterstand die je dan oploopt kan funest zijn. Je kunt proberen de routes van anderen te verstoren door daar transportfiches te plaatsen, waarvan ze geen kaarten hebben, maar wees er dan op beducht dat ze ook door middel van een karavaan langs deze route kunnen rijden. Al met al een aardig spel, dat voor mij toch een beetje achterblijft bij de verwachtingen. Een subtopper

Opmerking Enrico: In de spelregels is tevens een variant met stadskaarten opgenomen. Je krijgt aan het begin van het spel een stadskaart en moet proberen om aan het einde van de vierde ronde zo dicht mogelijk bij die plaats te eindigen. Het aantal plaatsen dat tussen de elfenlaars en de betreffende stad ligt, wordt als strafpunten van het totaal afgetrokken.

Elfenland is in Duitsland en Nederland verkozen tot spel van het jaar 1998.

De bedoeling van de spelregels is over het algemeen duidelijk, maar het is niet altijd even precies opgeschreven. Zo moet aan het eind van elke beurt een speler een overschot aan kaarten inleveren. "Wie aan het einde van zijn beurt meer dan vier reiskaarten bezit, moet dat aantal tot vier terugbrengen. De speler legt het overschot op de aflegstapel." Maar aan het einde van het spel geldt: "Bij een gelijke stand wint de speler met de meeste reiskaarten in de hand." Is dit dan maximaal 4 of moet je in je laatste beurt je overschot niet afleggen?

Ook is er enige onduidelijkheid over het aantal kaarten dat je aan het begin van een ronde krijgt. In de eerste editie stonden tegenstrijdige regels. In de tweede editie is dit aangepast, maar niet volgens de door de auteur bedoelde regels. Op Bordspel.com kun je daar meer over lezen.

een spelsituatie

In de nieuwsgroep werd de volgende variant voor 2 spelers beschreven. Het bord wordt half dichtgevouwen, waarbij alleen de linkerhelft zichtbaar is (met o.a. de dorpen Grangor en Jaccaranda). Eén van de dorpen wordt uitgekozen (met behulp van de kaarten) als startdorp. In de overige dorpen komen van elke kleur 2 blokjes geplaatst. Elke speler krijgt een kaart met zijn finishdorpje en daarna wordt er zoals gewoonlijk gespeeld. Dit heeft als voordeel dat er veel meer interactie tussen de spelers is. Let er tevens op dat er nu 2 doodlopende einden zijn, die elk 2 keer aangedaan moeten worden! Inmiddels heb ik deze variant geprobeerd en ik moet zeggen dat hij me goed is bevallen. Ik kan hem iedereen aanbevelen.
Verder las ik nog het volgende idee: het transportfiche dat je gedekt trekt aan het begin van je beurt, mag je ook gedekt op het bord leggen. Pas als er met reizen wordt begonnen, worden de gedekte transportfiches omgedraaid. Eventueel kunnen de nog te kiezen transportfiches allemaal open worden gelegd (nadat iedereen een gedekt transportfiche heeft getrokken) in plaats van slechts 5 vervoermiddelen.

Strategie: Probeer je route dusdanig te plannen dat je zo min mogelijk langs plaatsen gaat waar je al eerder bent geweest. In iedere plaats is slechts één souvenir op te halen, dus verspil je alleen maar extra reiskaarten en transportfiches.

Je mag ook gebruik maken van de transportfiches die de andere spelers hebben neergelegd. Maak hier gebruik van! Het is dus handig om in de buurt van de andere spelers te blijven en niet alleen aan de andere kant van het spelbord te zijn.

Het is vaak erg nuttig om tussendoor een keer te passen. Je kunt zo rustig bekijken wat de andere spelers van plan zijn. Daarna kun je jouw transportfiches op nog ontbrekende delen van de route neerleggen. Wacht echter niet te lang, want als er een voor jou ongunstig transportfiche wordt neergelegd, bestaat de mogelijkheid dat je niet ver komt.

Tijdens het spel heb je slechts één keer de mogelijkheid om een hindernisfiche neer te leggen. Kies het moment (en de speler tegen wie je het gebruikt) dus zorgvuldig uit.

Links: